‘Ik voel mij echt een Groninger, 100%’

Door Rupert Parker Brady en Kristiaan Capelle

De binnenstad van Groningen maakt kans op het winnen van de Gouden Piramide, de tweejaarlijkse Rijksprijs voor inspirerend opdrachtgeverschap. Alle eer gaat naar de ontwikkelaars MWPO en Beauvast die twee voormalige V&D-panden transformeerden. MWPO realiseerde ook het nieuwe woongebouw Mercado. De nominatie noemt MWPO-directeur Kristiaan Capelle ‘eervol’.

MWPO staat te boek als een eigentijdse vastgoedontwikkelaar die bewust kiest voor toplocaties, markante panden en beeldbepalende hotspots in stedelijke gebieden. Eigenaar Kristiaan Capelle is opgegroeid in het ommeland en opgeleid in Groningen. Naast spraakmakende projecten in de stad steunt de alom gerespecteerde spelbepaler publiekelijk de aanleg van de Lelylijn, die volgens het nieuwe kabinet prioriteit heeft. Young professionals en oud-studenten zijn onverminderd hard nodig om de krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken.

Jong van geest

De energie in de stad van zijn Alma mater is leidend. “Aan alles merk je dat Groningen een stad is met een jonge bevolkingsgroep. Een progressieve stad met veel vernieuwingsdrang. Groningen is echt de hoofdstad van het ommeland, dat is de kracht. We zitten nu op ruim 200.000 inwoners en we groeien door mogelijk 280.000 Groningers. Het is niet erg dat het stadsbestuur haar stedelijkheid stevig wil uitbreiden.”

Capelle doelt onder meer op de ontwikkeling rond het Hoofdstation. Nu is het een dooie boel, straks is het een levendig binnenstedelijk gebied. Typisch Groningen, ingericht met respect voor historie, maar ook met ruimte voor gewaagde vernieuwing en een hoofdrol voor cultuur. Van een gebied gedomineerd door verkeer en kantoren naar een gebied waar mensen kunnen wonen, werken, studeren, uitgaan en recreëren.

Mercado voor en na

Campus voor digitale economie

Pal achter het Hoofstation mag de projectontwikkelaar de iconische Niemeyerfabriek herontwikkelen. Aan Campus Groningen is door Capelle gevraagd om te werken aan de programmering voor het realiseren van een inspirerende plek. “We gaan de komende vier jaar een campus ontwikkelen die een plek wordt voor iedereen met op straatniveau horeca en publieke functies. Qua werkgelegenheid richten wij ons op de digitale economie. Wij maken vanaf 2028 de verbinding met de stad en het station.”

Initiatief nemen en vasthouden aan een visie

Het leven van ontwikkelaars kent weinig garanties, weet Capelle uit ervaring: “Grote publieke plannen duren langer dan zes jaar. In een periode van 3-5 jaar kan ontzettend veel gebeuren. Daarom is het des te belangrijker dat de partij die bij uitstek de lange termijn in gaten kan houden, de lokale overheid, een visie heeft en daaraan vasthoudt. Je moet als gemeente niet alleen een goed economisch en ruimtelijk beleid voeren, maar ook een visie ontwikkelen in samenwerking met opleidingsinstituten.”

“Ik vind dat deze gemeente heel veel zelf het initiatief neemt en daar in vergelijking met andere steden voorop loopt doordat ze risico durven te nemen. Dat merkten wij al bij de transformatie van leegstaande gebouwen en pleinen in de binnenstad, waarbij de gemeente gericht beleid voert op de inrichting van het openbaar gebied. Daar maak je de stad heel verblijfsvriendelijk mee. En dat helpt in ons voordeel bij de realisatie van ruimtelijke projecten. Je ziet dat dit mooi samenkomt met de oplevering met het Groot Handelshuis.”

Dit voormalige V&D-pand aan de Grote Markt is nu een multifunctioneel gebouw met een Jumbo-supermarkt en restaurant. Hier bevindt zich ook een grote ondergrondse fietsenstalling. Boven bevinden zich de kantoorruimtes van de universiteit en Belsimpel. Het oude pakhuis van de V&D is getransformeerd tot The Warehouse: een chique woonwinkel met daarboven appartementen. De gemeente heeft omliggende openbare ruimte van de Rode Weeshuisstraat heringericht en vergroend om een meer voetgangers- en fietsvriendelijke omgeving te creëren.

The Warehouse voor en na

Kwaliteit en gevecht om talent

Voor Capelle is het glas altijd halfvol: “Een stad ontwikkelt zich door onderscheidend te zijn in kwaliteit en het gevecht om talent. Groningen heeft een aantal plussen: een gezondheidszorgcluster, landbouw, onderwijs, twee zeehavens, en op energievlak zitten wij op een cruciaal punt in West Europa. Een belangrijke pijler in het bedrijfsleven is dat het ICT cluster groeit; Groningen is na Amsterdam de tweede ICT-stad van Nederland.”

De ondernemende ontwikkelaar richt zijn pijlen ook op de transformatie van winkelcentrum Paddepoel als de tweede winkelkern van de stad. “Groningen hoeft geen polycentrische stad te zijn. Je moet natuurlijk wel zuinig zijn op de binnenstad.  Het blijft een constante uitdaging met de leegstand in aanloopstraten en hoe je daar mee om moet gaan. Wil je die nog meer mixed use maken of zie je op deze plekken ook woongebouwen ontstaan?”

De toekomst van zijn stad staat niet ter discussie. “Groningen kan dankzij het economische potentie en groei van de bevolking profiteren van de constante vraag. Het gaat best goed in de winkelstraten in relatie tot het aantal inwoners. Dat succes heeft te maken met het antwoord op de eeuwige vraag ‘waarom ga je naar de stad?’ Een fijne plek waar wat te zien is en wat te doen is. Het is hier hartstikke leuk. Daarom voel ik mij echt Groninger, 100 procent.”

Delen: